Saldo reversals, impairments, niet-geactiveerde aankopen, deze termen zijn abracadabra voor mij. Maar als ik accountant was, dan zou ik precies weten wat deze woorden betekenen. Dan was het mijn vaktaal, ofwel jargon dat ik begrijp. Het zouden dan termen zijn die bij mijn vak horen. Maar goed, ik ben communicatieadviseur, ik ben geen accountant, ik werk ook niet op een financiële afdeling. Toch moest ik pas geleden vragen beantwoorden waar deze woorden in stonden. Deed ik dat niet, dan zou ik een boete krijgen.

Verplichte deelname

Ik maakte namelijk deel uit van een steekproef van het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS). Ik moest de vragenlijst Jaarstatistiek Zakelijke Dienstverlening 2013 invullen. De overheid vindt mijn bijdrage zo belangrijk dat ik een boete zou krijgen als ik niet mee zou werken. Dit stond met vette letters in de brief van het CBS.

Verdiep je in je doelgroep

Ik heb mijn ‘zakelijke burgerplicht’ gedaan. Ik heb de vragen beantwoord ook al snapte ik ze niet allemaal. Ben ik de enige? Vast niet. Ik kan me niet voorstellen dat iedereen die mee moet doen met dat onderzoek, de moeilijke woorden begrijpt. Dus CBS verdiep je in je doelgroep!

Volgens mij is dat het bedrijfsleven in Nederland. Van grote bedrijven met veel medewerkers en financiële afdelingen tot zelfstandige timmermannen of zelfstandige communicatieadviseurs, zoals ik.

Werk aan de winkel

Schrijf voor je doelgroep. Gebruik woorden die je doelgroep kent. Zorg dat je jouw klanten of respondenten niet confronteert met een abracadabra. Vermijd in dit geval dus financieel jargon ofwel vaktaal. Moet je wel moeilijke woorden gebruiken, leg deze dan uit in ‘Jip en Janneke’ taal.

CBS, er is werk aan de winkel. Heb je hulp nodig? Dan hoor ik het graag. Het vertalen van lastige informatie naar teksten die je doelgroep echt begrijpt, is mijn vak.